Clandestiene plant…
Vroeg in het voorjaar kwam ik in de heemtuin en rond de Tenellaplas bij Rockanje mooie paarse tapijtjes van bloemen tegen, aan de voet van bomen, meestal een wilg of populier. Het zijn de bloemen van de plant met de naam Paarse schubwortel (Lathraea clandestina) of Prachtschubwortel. Niet helemaal oorspronkelijk daar voorkomend, maar toch.
En plant…? Eigenlijk zou je het geen plant kunnen noemen, want ze hebben geen bladgroen en ook geen echte bladeren, die zijn verworden tot een soort van schubben. Ze bestaan eigenlijk alleen uit een wortel en wat bloemen. Hij behoort tot de bremraapfamilie. De andere leden van de bremraapfamilie hebben nog wel een stevige bloemstengel, maar dat heeft de paarse schubwortel zelf dus niet.
De tweede Latijnse naam geeft al aan dat hij iets niet eerlijk doet, clandestien zeg maar. Kunnen ze niks aan doen, dat zit in de familie, de bremraapfamilie. Het zijn namelijk allemaal parasieten. Sommige soorten kunnen zelfs hele oogsten vernietigen.
Doordat de planten zelf geen chlorofyl (bladgroen) hebben, zijn ze voor hun voedingsstoffen geheel afhankelijk van andere planten. Ze doen dit door zich met de wortels van waardplanten te verweven. Zijn ze eenmaal met de wortels vergroeit dan steelt hij vervolgens water en voedingsstoffen van de waardplant.
Sommige bremraapsoorten zijn eenkennig en parasiteren maar op één soort gastheer, zoals de klavervreter (mooie naam!). Andere soorten nemen meerdere soorten te grazen zoals de Hennepvreter die tomaat, aubergine, zonnebloemen, snijslederij, witte kool en nog wat ander soorten als gastheer gebruikt. De paarse schubwortel heeft een aantal soorten bomen waarop hij voorkomt, zoals dus de populier en de wilg.
Bremrapen, zoals deze Paarse schubwortel, zijn dus parasiet op bepaalde waardplanten. De zaadjes moeten maar net in de buurt vallen van de wortels van de specifieke waardplant. De kans dat zo’n zaadje daar in de buurt van komt is eigenlijk redelijk klein.
Maar daar hebben ze wat op gevonden: heul veul zaden. Ze maken (soms meer dan 300.000), heel kleine (0,3-0,5 mm) zaden die zich verspreiden via de wind over de omgeving. Zo moeten ze de wortels zien te vinden van de waardplant waarop ze parasiteren.
Het ontkiemen van deze piepkleine zaadjes wordt getriggerd door stoffen die wortels van de gastplant afgeven, ze ‘herkennen’ die als het ware. Zijn die stoffen niet aanwezig dan kan het jarenlang klaar liggen tot het de gewenste stofjes wel ‘ruikt’. Bij het ontkiemen loopt er een wortel uit in de richting van de wortels van de gastplant. Als deze uitloper dan de juiste wortels tegenkomt, vergroeit hij daarmee en onttrekt vanaf dan water en voedingstoffen aan de gastplant.
Ingenieus system, toch?
–..– Facebook –..– Instagram –..– Adobe Portfolio –..– Photo albums –..– Nature blog –..–